Leestijd: 5 minuten
“De kost gaat voor de baat uit” is al eeuwen het credo van de verstandige ondernemer. Actueler is: “Passie is goed, maar rekensommen zijn beter.” Dat geldt vandaag-de-dag zeker wanneer het gaat om de inzet van emissieloos materieel. Dat wordt door opdrachtgevers steeds vaker gevraagd of zelfs keihard vereist bij werkzaamheden in stedelijk gebied of juist midden in de natuur. Gelukkig komen er steeds meer elektrisch aangedreven machines op de markt en worden we zelfs verrast door een eerste lichting waterstofmotoren. Maar ook hier geldt: onbekend maakt ook hier onbemind.
Naast de grote voordelen van alle nieuwe ontwikkelingen op materieelgebied zijn er ook best wel wat nadelen te noemen. Zo gaat dat nu eenmaal in een overgangsperiode. Daarom is het tijd voor een kort en krachtig overzicht van de actuele stand van zaken. Want waar moet je als ondernemer vooral op letten als je gaat werken met emissieloze machines? En hoe bereidt je je het beste voor op de overstap?
Huren, kopen of leasen
Wie met elektrische machines wil gaan werken moet goed afwegen wat voordeliger is. Is het voor de korte termijn of juist voor een langere periode? Wordt het kopen, huren of leasen? Huren geeft flexibiliteit en biedt de mogelijkheid om te ontdekken hoe alles werkt. Bovendien wordt snel duidelijk wat voor impact het heeft op de werkplek of bouwplaats. Prima dus om daar bij kortlopende projecten mee te beginnen. Boels helpt daar graag bij met gericht en ter zake kundig advies.
Energieverschil tussen kleine en grote machines
Waar we de afgelopen tijd ook veel meer duidelijk over hebben gekregen, is het verschil tussen kleine en grote machines. Anders gezegd tussen materieel dat relatief weinig vermogen vraagt om goed te kunnen werken. En materieel dat juist veel vermogen vraagt vanwege de soms extreem zware taken. Zo kan een elektrisch aangedreven minigraver met zijn kleine, lichte en daardoor betaalbare accu probleemloos een hele dag doorwerken. En ’s nachts worden opgeladen aan een gewoon stopcontact. Een grote hijskraan, heistelling of sloopmachine komt daar echter niet mee weg. Die heeft zoveel stroom nodig dat accupakketten groot, zwaar en duur worden en met behulp van een speciale hoog vermogen oplader moeten worden gevuld. Vandaar dat wordt gewerkt met wisselpakketten of een vaste aansluiting.
Dat is een heel ander verhaal, zeker nu er op steeds meer plekken sprake is van netcongestie of anders gezegd: het beschikbaar zijn van voldoende stroom is niet meer te garanderen. Gehoopt wordt dat voor groot bouwmaterieel de waterstofmotor uitkomst kan bieden. Dat klinkt positief, maar zover is het nog (lang) niet. We gaan eerste enkele jaren van uitproberen in, voordat duidelijk wordt of het een toekomstbestendige oplossing is.
In de praktijk blijkt dat veel elektrische machines niet volcontinu bezig zijn. Waar een brandstofmotor dan nog verbruik heeft staat een elektromotor echt uit. Die wachttijd gaat dus niet niet ten koste van de werkduur
Werkduur geen echt bezwaar meer
Het in voorgaand jaren veel genoemde bezwaar van een beperkte werkduur wordt veel minder genoemd. Dat komt doordat de accusystemen fors zijn verbeterd en een veel hogere energiedichtheid hebben. Daardoor is steeds langer voldoende vermogen beschikbaar. Zo verhuurt Boels wielladers en minigravers waarmee probleemloos een achturige werkdag is te vullen. Belangrijk gegeven daarbij is, dat de meeste elektrische machines niet volcontinu bezig zijn. Ze doen hooguit 4 tot 5 uur echt hun werk en staan de rest van de tijd in de wachtstand. Waar een brandstofmotor dan nog verbruik heeft staat een elektromotor echt uit. Die wachttijd gaat dus niet ten koste van de werkduur. Iets om aan te denken bij het bekijken van de specificaties: hoelang wordt hij dagelijks echt ingezet.
Veel aandacht voor laadinfrastructuur
De benodigde laadinfrastructuur wordt vaak genoemd als pijnpunt. Elektrisch werken vergt een andere inrichting van de werkplek of bouwplaats. Even diesel tanken is er niet meer bij. Nu moet je soms al tijdens de lunchpauze worden bijgeladen en uiteraard ook in de nachtelijke uren. Daarvoor zijn enerzijds passende voedingsbronnen nodig en anderzijds een monitoringsysteem om dat laden in de gaten te houden. Het vergt de nodige voorbereiding en voor veel ondernemers is dat momenteel nog een stap te ver. Begrijpelijk. Vandaar dat huren interessant kan zijn omdat Boels je op dit punt niet alleen adviseert, maar ook daadwerkelijk kan helpen bij het realiseren van die laadinfrastructuur.
Er zijn inmiddels heel wat oplossingen voorhanden. Bijvoorbeeld Stage V aggregaten die volledig kunnen draaien op emissiearme biobrandstoffen zoals HVO en GTL. Recentelijk zijn daar ook generatoren op waterstof bijgekomen. Andere optie zijn (mobiele) battery packs. Die leveren stroom zonder uitstoot, lawaai en uitlaatgassen. Dat maakt ze ideaal voor binnenstedelijke klussen. Het laden ervan kan op locatie. Bijvoorbeeld met behulp van (mobiele) zonnepanelen, een emissieloze generator of gewoon via de gebruikelijke bouwaansluiting. Ook verhijsbare wisselpakketten zijn in opkomst. Die zijn ook handig voor de wat grotere machines wanneer die buiten in het veld aan de slag zijn.
Er is duidelijk nog geen sprake van een vervangingsmarkt. Vooral bij het grotere materieel is die terughoudendheid zichtbaar
Vergelijking met diesel pakt steeds gunstiger uit
Met name het compacte elektrische bouwmaterieel kan heel goed werkzaamheden uitvoeren waarbij in korte tijd veel vermogen nodig is. Fabrikanten letten er namelijk heel goed op, dat het elektrische aanbod kan wedijveren met de bestaande dieselversies. Overigens niet alleen in vermogen, maar ook in aanschafprijs die omlaag gaat naarmate er meer elektrische machines worden geproduceerd. Dat dieselmachines nu nog veel goedkoper zijn heeft ook invloed op de verhuurprijs. Inderdaad, een uitstootloze machine heeft een hogere huurprijs dan een brandstofmachine, ook al groeien ze steeds meer naar elkaar toe. Ons advies: kijk of het financiële voordeel van elektrisch laden opweegt tegen de hogere aanschaf- of huurprijs. Want uiteindelijk gaat het er gewoon om wat de investering oplevert.
Ook het onderhoud bij elektrische machines is goedkoper, want er zijn minder bewegende delen die minder smering nodig hebben. Ook hoeven geen filters en olie te worden vervangen (op de hydrauliekolie na dan). Bovendien is de levensduur van een elektrische aandrijving veel langer en werkt hij stiller en schoner. Daardoor kan je probleemloos binnen in gebouwen, hallen werken. En niet onbelangrijk: er zijn aanbestedingen mee te winnen.
Nog geen sprake van echte vervangingsmarkt
Boels biedt weliswaar steeds meer elektrische machines aan, maar merkt tevens dat de vraag niet overhoudt. Er is duidelijk nog geen sprake van een vervangingsmarkt. Vooral bij het grotere materieel is die terughoudendheid zichtbaar.
Guy Cremer is Director Fleet Operations bij Boels. Hij lichtte die terughoudendheid toe in een recent interview: “‘Wij zijn bereid in alles te investeren op het moment dat het voor ons ook rendabel is. Kijk naar elektrische graafmachines. Ik denk dat wij een van de eerste partijen in Nederland zijn geweest die daarin hebben geïnvesteerd. Maar bij de echte zware graafmachines kunnen de prijzen oplopen tot wel 400.000 euro per machine. Dan worden de aanschaf en de verhuur een zeer prijzig verhaal.”
Daarbij hebben we het enkel over de machine en niet over alles wat er bij komt kijken om hem te laten werken. Ook dat zijn kosten die moeten worden terugverdiend. Wat niet meteen in geld valt uit te drukken is het opdoen van ervaring en die kan in de (nabije) toekomst wel eens van grote waarde blijken.